Pagina's

Oma's Poppen - 2: Wie ben ik?

Lees eerst deel 1: KLIK HIER

  Ik word wakker in zacht gras. De zon schijn in mijn gezicht en ik hoor eendjes. Ik kijk om me heen en zie een park. Ik ken dit park niet. Ik zie mensen lachen en spelen, maar ik zie niemand die ik ken.
Ik zie een meisje met een springtouw. Ze heeft lang, zwart haar. Haar schoenen tikken op de stoeptegels, in de maat voor het rijmpje dat ze zingt:

Een TIK, Twee TIK,
Wie ben ik?
Drie TIK, Vier TIK,
Wie ben jij?
Vijf TIK, Zes TIK
Zeven TIK, Acht TIK
Ik ben jij
En jij bent ik

Ik sta op en loop naar de vijver. Opa ging altijd de eendjes met me voeren. Hij zei altijd dat, als je de eendjes voert, je elke dag een beetje goede karma spaart. Ik weet niet wat karma is, maar het gaat niet naar je bankrekening. Opa moest heel hard lachen toen ik dat een keer aan hem vroeg.
Hij heeft me toen uitgelegd dat, als je de eendjes voert in het park, je iets doet dat goed is. En dan krijg je daar een puntje voor. En als je dan een keer heel erg geluk hebt gehad, dan is het je beloning omdat je zoveel puntjes hebt gespaard.
Ik heb toen gevraagd of het was zoals airmiles sparen. Eerst moest hij weer heel hard lachen. Maar daarna zei hij dat ik dat slim had bedacht. Opa zei wel vaker dingen die ik niet begreep.
Ik mis opa.

“Ben je verdwaald, Sara?” Geschrokken kijk ik omhoog.
“Cynthia!” Eerst ben ik heel blij haar te zien, maar dan merk ik hoe groot ze is. En ze praat tegen me. Dan word ik plots heel bang.
“Stil maar.” Haar stem is precies zoals ik me had voorgesteld. “Rustig maar.” Haar stem kalmeert me, en ik voel de schrik uit mijn lichaam wegvagen.
“Je bent het echt?” Ik sta op en kijk haar aan. Even glimlach ik, en dan voel ik me weer angstig. “Dit is raar.”
“Natuurlijk is dit raar!” lacht Cynthia. “Het is een droom.”
“Maar je lijkt zo echt!” Opgelucht dat het maar een droom is, voel ik enthousiasme opkomen. Ik spring om haar heen om haar eens goed te bekijken. “Je lijkt zo verdomd echt!” Oh... Als oma me hoort, heb ik een probleem.
“Ik ben ook echt.” Ze pakt mijn hand en begint me door het park te trekken. “Maar de rest van wat we zien, is allemaal een droom.”

Plots schrik ik wakker, tegen oma's borst. Zij was ergens van geschrokken.
“Oh sorry, lieverd. Heb ik je wakker gemaakt?” Oma kijkt me niet aan als ze tegen me spreekt. Dat is raar. Dat doet ze altijd. Ze kijkt naar de deur.
“Ik had een droom.” Even wordt ik enthousiast en wil ik oma alles vertellen, maar oma blijft naar de deur kijken.
“Hmm hmm.” zucht ze. Wil oma mijn droom niet weten? “Het is oké. Het was maar een droom.”

Dan staat oma op en loopt naar de deur. Nee, ze sluipt naar de deur. Langzaam begin ik me het tikken te herinneren. Ik was vrijwel direct in slaap gevallen. Is oma de hele nacht bij me geweest?
“Oma..”
“Ssshhht” zegt oma. Ze drukt haar oor tegen de deur. Ik houd mijn adem in om zo stil mogelijk te zijn.
Buiten fluit een vogeltje. Ik zou willen schreeuwen dat het stil moet wezen, maar ik moet zelf ook stil zijn. Ik zou oma willen vragen of ze wat hoort, maar ik weet dat haar antwoord is dat ik stil moet wezen.
Langzaam maakt ze de deur open en kijkt voorzichtig de gang in.
“Blijf hier.” fluistert ze.

Ik heb me niet bewogen tot oma weer terug in de slaapkamer was. Gelukkig duurde dan niet lang, want stilzitten is moeilijk. Al zegt de gymleraar dat ik daar het allerbeste in ben.
Oma komt naast me zitten. Ze heeft een telefoon in haar handen. Met internet. Waarom heeft ze dat niet gezegd?
“Weet jij hoe dit werkt?” vraagt ze. Ik knik en kijk haar verbaasd aan. “Je moeder heeft hem klaargezet voor ze wegging.” Klaargezet voor wat? Ik vraag het niet, maar ik wil het wel weten. Gelukkig vertelt oma het zelf.

“Er is een reden dat je niet met de poppen mag spelen, Sara.” Ze blijft naar de deur kijken terwijl ze spreekt. “Ik denk dat iemand oma voor de gek probeert te houden.”
“Dat iemand een grap met je uithaalt, oma?” Ik kijk haar aan, maar zij kijkt niet terug.
“Ja...” Oma zucht. “Een grap.” Ik denk niet dat oma dat meent, maar ik durf er niet verder naar te vragen.
“Wat doen ze dan?” Ik voel me gespannen. Een beetje enthousiast en een beetje bang. Het voelt als een avontuur, en ook als een enge droom.
“Als ik naar bed ga, verplaatst iemand de poppen, om oma bang te maken.” Ze kijkt omlaag naar haar telefoon. “Mama heeft deze klaargezet, zodat we kunnen zien wie er aan de poppen zit.”
En oma en mama vonden het toch een goed idee dat ik kwam logeren? Soms vraag ik me af wie er nu de vijfjarige is.
“Kun jij zien wat we hebben opgenomen?” Ik voel me heel trots, want dat weet ik heel goed. Ik weet iets dat oma niet weet. “Je moeder gelooft me niet.”
Ik knik. “Ja oma. Geef maar hier.” Ik pak de telefoon uit haar hand en open de video galerij.

*************************
WORDT VERVOLGD
*************************